KERN
Houd rekening met:
LESSTOF
+ Welke informatie komt aan bod, in welke volgorde en aan wie?
+ Hoe maak ik de lesstof toegankelijk en overzichtelijk?
+ Welke vragen stel ik en aan wie?
+ Heb ik goed voor ogen wat ik met deze les wil bereiken?
+ Pendelen tussen leerstof, leerling en leefwereld.
WERKVORMEN
+ Welke werkvormen kies ik en voor wie?
+ Hoe zorg ik voor voldoende variatie in werkvormen?
BEGELEIDING
+ Welke positieve kenmerken zijn er en hoe speel ik daar op in?
+ Hoe speel ik in op onderwijsbehoeften?
+ Hoe cluster ik de kinderen in groepen.
+ Hoe stimuleer ik de motivatie van leerlingen?
+ Hoe geef ik feedback aan leerlingen?
GROEPS
MANAGEMENT
+ Wat kan ik al voorzien en hoe reageer ik daarop
+ Beurtverdeling
+ Pakken en opruimen materialen
+ Regels, afspraken
|
Nr leren:
30 min
Dansje
leren:
20 min.
|
Eerst gaan we het volledige nummer leren met de hele klas (zie eerste filmpje), als de klas dit aardig onder de knie heeft gaan we de klas in tweeën splitsen (team rood en team blauw) Team rood zingt de rode tekst en team blauw de blauwe tekst. Als dit achter elkaar goed loopt gaan we het in canon zingen.
Wanneer de kinderen dit ook snappen en leuk vinden gaan we de klas in drieën opsplitsen (team rood, team blauw en team groen). Weer zingt elk team zijn eigen kleur tekst. Dit keer gaan we meteen een canon zingen.
(zie tweede filmpje)
Als het zingen van de canon goed gaat, mogen de kinderen allemaal hun jas erbij pakken.
Nu gaan we er bewegingen bij maken als variatie.
Team rood: Heeft zijn jas aan en maakt de beweging van het uit en aan doen van de jas, vervolgens staan ze stil als een standbeeld en dit herhalen ze samen met de tekst.
Team blauw: Doen eerst de armen over elkaar bij de tekst: vreselijk het is me wat, jassen passen in de stad. Vervolgens maken zij ook de beweging van het aan en uitdoen van de jas.
In de stad! In de stad! De kinderen halen hun schouders op en laten de schouders weer zaken. Dit herhalen ze samen met de tekst.
Team groen: Bij daar gaat die ene jas steken de kinderen hun vinger op. Bij die ik helemaal niet leuk vind in de tas. Maken ze een ontkennende beweging met hun vinger die ze al opgestoken hadden. Bij niet bewegen blijven staan, staan ze stil als een standbeeld. Bij aan en uit en uit en aan, maken zij ook de beweging van het aan en uitdoen van de jas. Dit herhalen ze samen met de tekst.
De leerlingen worden drukker van het zingen, ook zijn er altijd wel kids die het zingen en dansen minder leuk vinden, dus moet ik hen extra complimenten geven om ze enthousiast te houden. Overigens niet allen de ongemotiveerde kinderen complimenteren, maar iedereen natuurlijk. Natuurlijk krijgt iedereen aan het einde een dikke duim.
|
|
AFSLUITING
+ Hoe bespreek ik de les na?
+ Hoe controleer ik of leerlingen de doelen hebben bereikt?
+ Hoe evalueer ik de les met de leerlingen?
|
5 tot 10 min.
|
Na de les vroeg ik aan de kinderen wat ze van de les vonden en of jassen passen zo de volgende keer misschien wat leuker is voor de mensen die het niet leuk vonden.
Misschien hebben de kinderen zelf nog leuke ideeën voor bewegingen die kunnen we ook gebruiken bij het zingen van het lied.
|
|
OVERGANG
+ Hoe zorg ik voor een overgang naar
de volgende les?
|
|
Het dansen zou ook een volgende les kunnen. We kunnen het tijdens een aardrijkskunde les over jaargetijden hebben, of over handel, geef jassen als voorbeeld.
|
|
Hoi Amber!
BeantwoordenVerwijderenWat leuk dat je dit liedje op deze manier hebt opgenomen!
Goed voorbeeld voor als je het met de kinderen gaat doen.
Ik mis alleen nog je uitwerking, hoe ga je het uitleggen en aanleren aan de kinderen.
Verder een heel leuk lied en een leuk voorbeeld!
XXX
Patrick Peschier
1C